Als zelfstandig ondernemer kun je diverse kosten bij de belastingaangifte opvoeren als aftrekpost.
De zelfstandigenaftrek van 7.030 euro is een belangrijke aftrekpost, maar voor hogere inkomens is het maximale aftrektarief beperkt.
Ondernemers mogen puur zakelijke kosten in mindering brengen op de winst, zoals verzekeringspremies of briefpapier met bedrijfslogo.
Business Insider biedt een handig overzicht bij de belastingaangifte voor 2020.
Voor ondernemers vormt de ondernemersaftrek, waaronder de zelfstandigenaftrek, een belangrijke aftrekpost bij de belastingaangifte.
Ook voor investeringen zijn er veel aftrekmogelijkheden, maar de regels zijn soms erg ingewikkeld.
We zetten de belangrijkste opties voor je op een rij, in dit laatste deel van de serie over aftrekposten voor je belastingaangifte over 2020.
Kijk hier voor eerdere delen over ziektekosten, spaargeld en beleggingen in box 3, studiekosten, familiezaken en de eigen woning.
Ondernemersaftrek
Wie door de Belastingdienst wordt erkend als ondernemer, komt in aanmerking voor de zogeheten ondernemersaftrek. Je mag dan een bepaald bedrag aftrekken van de winst.
Onder deze aftrekpost vallen diverse deelposten: de zelfstandigenaftrek, startersaftrek, aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk, meewerkaftrek en de (eenmalig op te voeren) stakingsaftrek.
… zoals de zelfstandigenaftrek
Elke ondernemer die aan bepaalde eisen (zoals het urencriterium) voldoet, mag gebruik maken van de zelfstandigenaftrek. Het kabinet is wel bezig om deze aftrekpost te versoberen, door het bedrag en maximale aftrekpercentage stapsgewijs te verlagen.
Over 2020 bedraagt de zelfstandigenaftrek 7.030 euro. Heb je begin vorig jaar de AOW-leeftijd bereikt, dan is dat de helft.
Val je in de hoogste schijf van de inkomstenbelasting (met een inkomen boven 68.508 euro), dan is het maximale tarief voor de aftrek beperkt tot 46 procent (en dus niet tegen het gebruikelijke belastingtarief van 49,5 procent). Door die stapsgewijze afbouw van het aftrekpercentage wordt het netto voordeel dat ondernemers met een hoog inkomen genieten steeds een stukje kleiner.
Let wel: de zelfstandigenaftrek mag niet hoger zijn dan de winst (vóór de ondernemersaftrek), behalve als je in aanmerking komt voor de startersaftrek.
… en de startersaftrek
De startersaftrek is een verhoging van de zelfstandigenaftrek. Startende ondernemers die recht hebben op zelfstandigenaftrek kunnen nog 2.123 euro extra van hun winst aftrekken. Je mag hier maximaal drie keer in de eerste vijf jaar van je onderneming gebruik van maken.
Wie in aanmerking komt voor de startersaftrek, heeft recht op het volledige bedrag van de zelfstandigenaftrek.
… en de meewerkaftrek
Werkt je fiscaal partner minimaal 525 per jaar onbetaald mee aan het bedrijf of krijgt hij/zij hiervoor slechts een kleine vergoeding (maximaal 5.000 euro per jaar), dan mag je gebruik maken van de meewerkaftrek. De hoogte hiervan hangt af van het aantal meegewerkte uren. Je mag maximaal 4% van de winst aftrekken.
De vergoeding die je eventueel aan je partner betaalt is voor jou niet aftrekbaar.
Let op het urencriterium
Voor sommige van de bovengenoemde aftrekposten, zoals de zelfstandigenaftrek, geldt wel het zogeheten urencriterium. Dat betekent dat je in het betreffende jaar minimaal 1.225 uur aan je bedrijf moet hebben besteed. Ook moet je meer tijd aan je eigen onderneming hebben besteed dan aan andere werkzaamheden, bijvoorbeeld voor een baas.
Die 1.225 uur geldt voor iedereen, ook als je pas in de loop van 2020 voor jezelf bent begonnen. Wel mag je de tijd die je al aan in je bedrijf had gestoken vóór je je aanmeldde als ondernemer meetellen. Denk bijvoorbeeld aan het schrijven van een bedrijfsplan, inwinnen van fiscaal advies en de bouw van een website.
Voor het urencriterium mag je alle tijd die je aan je bedrijf hebt besteed meetellen. Dus ook de uren die je heb gestoken in factureren, ritjes naar de klant en het ordenen van je administratie.
MKB-winstvrijstelling: voor alle kleine ondernemers
Verder is er nog de MKB-winstvrijstelling, bedoeld voor alle kleine ondernemers. Deze bedraagt 14 procent van de winst (na aftrek van de ondernemersaftrek).
Net als bij de zelfstandigenaftrek is ook hier het maximale tarief voor aftrek beperkt tot 46 procent.
De MKB-winstvrijstelling zorgt ervoor dat je belastbare winst lager uitpakt, waardoor je minder belasting hoeft te betalen. Draai je verlies, dan pakt deze regeling echter nadelig uit, omdat je fiscale verlies erdoor wordt verkleind.
Aftrek voor investeringen
Een andere mogelijk interessante aftrekpost is de investeringsaftrek: een bedrag dat je mag aftrekken van de winst als je hebt geïnvesteerd in bedrijfsmiddelen. Er zijn drie smaken: de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA), de energie-investeringsaftrek en de milieu-investeringsaftrek.
… zoals de KIA
De KIA is van dit trio het meest bekend. Deze is bedoeld voor ondernemers die vorig jaar in totaal tussen de 2.400 en 323.544 euro hebben geïnvesteerd. De hoogte van deze aftrek hangt af van het geïnvesteerde bedrag en bedraagt maximaal 28 procent (voor investeringen tussen 2.401 en 58.238 euro).
Let wel op: bedrijfsmiddelen die goedkoper zijn dan 450 euro komen hier niet voor in aanmerking. Een boormachine van 130 euro mag je dus niet meenemen in de berekening, maar een professionele naaimachine van 850 euro wel.
Een ander aandachtspuntje: kun je de btw die je voor de goederen betaalt terug krijgen (omdat je deze aftrekt als voorbelasting), dan moet je voor de investeringsaftrek uitgaan van de prijs exclusief btw. Dat is logisch, want anders zou je de btw twee keer kunnen aftrekken.
Maar is de btw niet aftrekbaar, omdat je omzet niet is belast met btw, dan mag je wel het bedrag inclusief btw nemen.
Daarnaast gelden er nog andere beperkingen. Zo vallen bedrijfsmiddelen die bestemd zijn voor verhuur erbuiten. Ook met investeringen waarbij je een verplichting aangaat bij een familielid of huisgenoot heb je pech. Denk bijvoorbeeld aan de aankoop van een machine van je broer.
… en de EIA
De energie-investeringsaftrek (EIA) is bedoeld om investeringen in energiebesparende bedrijfsmiddelen of duurzame energie te stimuleren. Naast de afschrijving mag je van deze investeringen een extra bedrag aftrekken van de winst. Over 2020 is dat 45 procent van de investering.
Ook hierbij komen niet alle bedrijfsmiddelen voor aftrek in aanmerking. Tweedehands goederen bijvoorbeeld zijn van de regeling uitgesloten. Bovendien met je per bedrijfsmiddel minimaal 2.500 euro hebben uitgegeven.
Verder moet het bedrijfsmiddel op de energielijst van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) staan. Deze vind je hier.
Het is niet dubbel prijs: je mag niet voor hetzelfde bedrijfsmiddel zowel aanspraak mag maken op een energie-investeringsaftrek als de milieu-investeringsaftrek.
… en de MIA en VAMIL
De Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL) richten zich op investeringen in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen.
Met de MIA kun je 13,5 procent, 27 procent of 36 procent van het investeringsbedrag op je fiscale winst in mindering brengen. Hoeveel dat precies is, hangt af van de milieueffecten en de gangbaarheid van het bedrijfsmiddel dat je hebt aangeschaft.
Met de VAMIL mag je een investering op een willekeurig moment afschrijven. Door sneller af te schrijven, kun je de fiscale winst verminderen, waardoor je in dat jaar dus minder belasting hoeft betalen. Dit percentage is beperkt tot 75 procent. Vaak worden beide regelingen gecombineerd.
Ook bij de MIA geldt dat een bedrijfsmiddel minimaal 2.500 euro moet hebben gekost om in aanmerking te komen voor deze aftrek. De bovengrens bedraagt 25 miljoen euro.
Wat mag ik aftrekken bij de start van mijn bedrijf?
Alle kosten die je hebt gemaakt in de aanloop naar de start van de onderneming mag je aftrekken. Denk bijvoorbeeld aan kosten voor een marktverkenning en advies.
Goederen die je al langer geleden hebt aangeschaft en voor je bedrijf gebruikt zijn daarentegen níet aftrekbaar. Je mag deze spullen echter wel bij de start van je bedrijf inbrengen tegen de dagwaarde. Ze maken dan deel uit van het ondernemingsvermogen.
Als je bijvoorbeeld twee jaar eerder een computer hebt gekocht, die inmiddels ongeveer een vijfde van de waarde is verloren, mag je deze inbrengen voor 80 procent van de prijs die jij er destijds voor hebt betaald.
Oudedagsreserve: uitstel van betaling
Als ondernemer mag je elk jaar een deel van de winst (in 2020: 9,44 procent, met een maximum van 9.218 euro) reserveren voor je oudedagsvoorziening. Dit betekent niet dat je ook echt geld opzij zet, maar dat je voor een deel van de winst uitstel krijgt van belastingbetaling.
Hierover moet je later alsnog afrekenen met de fiscus, maar omdat dit waarschijnlijk tegen een lager tarief is (omdat je dan met pensioen bent), kan dit per saldo belastingvoordeel opleveren.
Met die oudedagsreserve kun je zelf bijvoorbeeld een lijfrente aankopen. De premie is dan aftrekbaar.
Om voor de oudedagsreserve in aanmerking te komen moet je wel voldoen aan het urencriterium (zie hierboven) en nog niet de AOW-leeftijd hebben bereikt. Ook moet je winst hebben gemaakt: heb je vorig jaar rode cijfers geschreven, dan mag je in je aangifte over 2020 geen oudedagsreserve opvoeren. Verder mag de oudedagsreserve niet hoger zijn dan het ondernemingsvermogen.
... maar geen afstel!
Het is wel verstandig om ook echt een bedrag opzij te leggen. Als je met pensioen gaat of je stopt met je bedrijf, moet je alsnog afrekenen met de fiscus. Heb je dat geld niet, dan kan dat jou in problemen brengen.
Werkruimte: strenge regels
De meeste ondernemers met een kantoor aan huis kunnen de kosten hiervoor niet aftrekken van de inkomstenbelasting. Dit kan namelijk alleen als de werkruimte een zelfstandig deel van de woning is. Daarmee wordt onder andere bedoeld dat de werkruimte moet beschikken over een eigen ingang en eigen voorzieningen, zoals sanitair. Ook moet je in je kantoor een belangrijk deel (90 procent) van je inkomen verdienen en dat kantoor ook voor het leeuwendeel zakelijk gebruiken.
In dat geval behoort je werkruimte in box 1 tot winst uit onderneming en niet meer tot de eigen woning. Heb je een hypotheek op het gebouw, dan moet je het gedeelte dat betrekking heeft op de werkruimte onderbrengen als schuld op de balans.
Of jouw werkruimte zich leent als aftrekpost, hangt van veel factoren af. Met deze tool kun je zien in hoeverre je de kosten van je werkruimte mag aftrekken.
In dit eerder verschenen artikel van Business Insider gaan we wat dieper in op de fiscale regels rond een kantoor aan huis. Nog meer informatie vind je in deze serie van vier artikelen van Paul van der Kwast, onafhankelijk financieel planner.
Auto van de zaak
De regels omtrent de auto van de zaak kun je teruglezen in dit eerder verschenen artikel in deze serie over fiscale aftrekposten voor 2020.
Overige zakelijke kosten
Andere kosten mag je aftrekken voor zover deze voor zakelijk gebruik zijn. Denk bijvoorbeeld briefpapier met het logo van je bedrijf erop, verzekeringspremies, reiskosten en de aankoopbon voor een printer. Dit zijn kosten die nodig zijn om je bedrijf te runnen.
… zoals werkkleding en vakliteratuur
Werkkleding mag je ook aftrekken, maar hiervoor gelden wel strenge eisen: het mag alleen gaan om kleding die zich uitsluitend voor je bedrijf leent, zoals een uniform of een overall. Kun je de kleding ook buiten je werk dragen, dan moet er een groot bedrijfslogo (minimaal 70cm2) opstaan. De nota voor een maatpak is dus niet aftrekbaar, tenzij er een enorm bedrijfslogo op staat.
Ook de kosten voor persoonlijke verzorging, zoals een bezoek aan de kapper, zijn niet aftrekbaar.
Voor tijdschriften geldt dezelfde systematiek als voor bedrijfskleding: een abonnement op een vakblad mag je wel aftrekken, maar de factuur voor een abonnement op Quest of LINDA niet.
Boetes zijn niet aftrekbaar.
… en telefoongesprekken
Een privételefoonabonnement is niet aftrekbaar, maar de zakelijke gesprekken die je via dat abonnement voert wel.
Een zakelijk telefoonabonnement is wel aftrekbaar, maar bel je ook privé met je zakelijke telefoon, dan mag je deze gesprekskosten niet aftrekken.
Heb je een smartphone met abonnement die je zowel zakelijk als privé gebruikt, dan mag je de abonnementskosten naar rato aftrekken. Gebruik je de telefoon bijvoorbeeld voor de helft zakelijk, dan mag je dus 50 procent van de abonnementskosten in mindering brengen op de winst.
Let op de btw
Als je de betaalde btw over zakelijke uitgaven mag aftrekken als voorbelasting, moet je voor de winstbelasting de zakelijke kosten exclusief btw nemen. Zo wordt dubbele aftrek van btw voorkomen.
Mag je geen btw aftrekken, omdat bijvoorbeeld jouw omzet is vrijgesteld van btw of omdat het gaat om een diner in een restaurant, dan hoef je geen correctie voor btw toe te passen.
Afschrijven of in één keer?
Of je de aankoopkosten in één keer mag aftrekken of moet uitsmeren, hangt af van het soort aankoop en het bedrag. Ben je minder dan 450 euro kwijt of hebben de kosten betrekking op slechts één jaar, dan moet je deze in één jaar aftrekken. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij de aanschaf van pennen, vakliteratuur of onderhoudskosten van je auto.
Bij duurdere aankopen die bovendien langer dan één jaar worden gebruikt, zoals de aanschaf van een auto of een bureau, moet je de kosten gespreid aftrekken over meerdere jaren. Trek hier wel de restwaarde van af.
Diners en zakenlunches en relatiegeschenken
Voor de kosten voor zakenlunches en -diners (inclusief fooien), een bezoek aan een congres of seminar en relatiegeschenken geldt voor de inkomstenbelasting een hoge drempel van maar liefst 4.700 euro: alleen de kosten daarboven zijn volledig aftrekbaar.
Zit je onder deze drempel, dan mag je een deel van de kosten af te trekken:
- 80 procent van de kosten (als je ondernemer bent voor de inkomstenbelasting) of
- 73,5 procent (voor ondernemers voor de vennootschapsbelasting).
Dat je niet het volledige bedrag mag aftrekken komt omdat je zelf ook privé voordeel hebt van een zakenlunch.
Voor alle zakelijke kosten die je wil aftrekken is het uiteraard van belang dat je de bonnetjes goed bewaart.
Aftrek van btw: andere regels
Hierboven is uitgelegd welke kosten je mag aftrekken voor de inkomstenbelasting. Ben je als ondernemer btw-plichtig, dan mag je ook betaalde btw aftrekken als voorbelasting in je aangifte voor de omzetbelasting.
Hiervoor gelden soms andere regels. Zo is de btw over een zakenlunch in een restaurant, een kop koffie in een café of een buffet voor het personeel in een afgehuurde ruimte niet aftrekbaar als voorbelasting.
Meer informatie over de aftrek van zakelijke kosten in je aangifte voor de omzetbelasting en veel voorkomende fouten in de aangifte vind je in dit artikel.